Fantastische Fictie – Deel 3 – Poëzie en Korte Verhalen

A picture containing person Description automatically generated

Heb je genoeg van die lockdown verveling? Ontdek wat studenten creatief schrijven! Lees deze ‘Fantastische Fictie’ 3-delige serie van korte verhalen en gedichten! Leerlingen van S1 tot en met S7 van ESMol presenteren hun korte verhalen en gedichten die ze het afgelopen jaar hebben geschreven.

Bewerkt door Santiago Colón-Zolikoff, Ariosto Colón-Zolikoff en Hristina Strumulieva

Geschreven door Flin Van Elderen, Cederic Kommer, Julie Mazara, Dries Caers, Tijl Caers, Amora Youth, Josephine Simons, Louke Van Noord en Oscar Sterkens

A picture containing sky, outdoor, grass, field
Description automatically generated

Kracht ~ Flin Van Elderen (S2)

De meeste mensen denken dat kracht in je spieren zit,

voor mij zit kracht in mijn gedachten.

Zie het positieve in het negatieve,

het lieve in het stoute,

het goede in het foute.

Help dan mensen in je macht,

en volg het pad naar je krachten.

Hopelijk krijg je wat je zou verwachten,

In je dromen,

midden in de nacht.

Afbeelding met buiten, lucht, natuur, bewolkt
Automatisch gegenereerde beschrijving

Een Moedige Familie ~ Cederic Kommer (S4)

In de verte zien we het, het te bestrijden veelkoppig monster. Razendsnel raast het om zich heen aan een moordend tempo en laat niks anders achter dan verwoesting. Het is te laat om het nog tegen te houden. Al het leven rond ons is weg: geen getjirp van vogels, noch gesis van slangen, geen geritstel van koala’s door takken vol bladeren, enkel een onnatuurlijk smeulend geluid. En dan komen de helse vlammen op ons af, je voelt de verstikkende hitte die zich meester maakt van alles en in een paar seconden ook van ons. Met een vaart springen we in onze truck, het is niet de eerste keer, we weten wat ons te wachten staat. In de brandweerauto zijn we veilig, we besproeien hem met water totdat de vuurstorm voorbij is. Alles staat in brand, je ruikt de indringende geur, ik kan deze geur zelfs nog ruiken als ik in mijn bed lig. We zijn geduldig, ook al zouden we zo graag het vuur nu verslaan, dadelijk zijn wij weer aan de beurt en kunnen actie ondernemen en redden wat er nog te redden valt. Dikke pluimen rook zweven rond in de atmosfeer, geen blauwe hemel of zon te zien, er branden nog wat takken en bladeren na. Eén voor één verlaten we onze truck en nemen poolshoogte van het verwoeste gebied.

Ik woon in Nieuw-Zuid- Wales, één van de meest getroffen gebieden door bosbranden en verdien mijn kost als brandweervrouw en lerares op de lagere school. Ik heb een man en drie kinderen. Mijn oudste zoon is 20 en van jongs af aan wilde hij al brandweerman worden. Nu zit hij samen met mij bij het 3de brandweerkorps. Ik had hem een paar jaar geleden overgehaald omdat het een mooi beroep is, je kunt echt mens en natuur helpen en er waren tot dan toe ook nooit ergere branden geweest dan een boerderij die in de fik stond of kleinere open vlaktes. Ik vond het ook wel fijn om een trouwe partner te hebben bij de brandweer.

Helaas is het vuur de afgelopen weken verder gekomen dan alleen een boerderij. Het ene bosgebied na het andere, duizenden kilometers uiteindelijk en zelfs ons dorp en kleinere dorpen in de omgeving, niets wordt ontzien door de branden. Een parttime job groeide zo uit tot een dag en nacht job van maanden aan een stuk, we kunnen en mogen niet opgeven, het beheerst alles. Als de ene brand is geblust, dan komt er ergens anders wel weer een nieuwe. De brandweer had meer mensen nodig, ze vroegen vrijwilligers en zo komt het dat wij nu met z’n allen bij de brandweer zijn, mijn andere twee zonen van 16 en 17 en mijn man. We dienen nu als familie ons land, Australië, samen voelen we ons sterk om het op te nemen tegen de branden.

Het is weer zover, we worden opgeroepen, hoewel de meeste bossen in Nieuw-Zuid-Wales bijna allemaal van de aardbodem weggeveegd zijn, moeten we toch om erger te voorkomen en de branden niet nog meer uit de hand te laten lopen, stukken bos ter preventie afbranden. Dit gaan we nu doen, snel en effectief, maar als we kijken naar de Aboriginals, die doen dat al eeuwen, preventief, rustig en gecontroleerd. Hoewel de manier van de Aboriginals een veel betere manier is, hebben we daar nu niet de tijd voor, we moeten snel ingrijpen, wat betekent dat we soms grotere stukken bos afbranden dan strikt noodzakelijk is. Het doet pijn al de nog levende stukken natuur met zoveel diversiteit weg te zien branden. Zelfs al beseffen we dat dit nu noodzakelijk is om natuur en levens te redden, denk je toch even dat je zelf een brand aansteekt en dat is als brandweerman best heel moeilijk. We zijn gewoon met de natuur te leven, zo op het platteland ver van de stad, de dieren betekenen daarom veel voor ons. De berichten zeggen dat er al zeker een miljard dieren zijn dood gegaan tot nu toe. Jack, mijn zoon van 17, had een gewonde kangoeroe gezien en was hem gaan ophalen. Zelf zag ik nog een muisje uit zijn hol kruipen nadat ik een stuk had afgebrand en had het bange diertje in mijn rugzak gestoken. De klus was geklaard, maar voordat we naar huis terugkeerden maakten we nog een omweg langs de dierenverzorging om onze twee diertjes af te zetten. De dierenbescherming bij ons in de buurt is erop ingericht om dieren met brandwonden te verzorgen, ze doen meesterlijk werk om de gewonde dieren een overlevingskans te geven en ze weer fit te maken voor hun leven in de natuur. We kijken nog even rond naar de verschillende koala’s, kangoeroes, gordeldieren en nog vele andere slachtoffers, vaak binnengebracht door brandweerlieden zoals wij, maar ook door veel andere mensen bekommerd om het dierenleed. De medewerkers laten ons ook de dieren zien die binnenkort weer in het wild worden vrijgelaten, wat ons toch een beetje vreugde geeft in deze verschrikkelijke tijd. In een wat opgeluchte stemming rijden we terug naar de brandweerkazerne.

Helaas eindigt het hier niet. De bossen blijven nog steeds branden en moeten geblust worden. Dieren en mensen blijven in nood en hebben hulp nodig. Wij doen ons uiterste best om het leed te beperken voor ons allemaal, niet alleen de brandweer maar ook de politie, zorgpersoneel, dierenbescherming, het leger, bouwvakkers… . Als deze branden achter de rug zijn, moeten we zo snel als mogelijk weer aan natuurherstel doen en hier zullen vele handen voor nodig zijn, niet alleen aangestuurd door de overheid, maar ook massa’s vrijwilligers. En we zullen ook moeten nadenken hoe wij deze branden in de toekomst kunnen vermijden, de klimaatverandering en zijn gevolgen zijn voor ons harde werkelijkheid geworden. Het zal natuurlijk jaren duren voordat het hele ecosysteem weer terugkomt, maar er is hoop en goede wil. De branden blijven niet voor eeuwig doorrazen, maar maken wel diepe wonden, die goed verzorgd moeten worden en de littekens zullen nog heel lang te zien zijn.

Afbeelding met buiten, water, zonsondergang
Automatisch gegenereerde beschrijving

Kracht ~ Julie Mazara (S2)

Kracht is niet alleen iets zwaars dragen, gewichten heffen of sterke spieren hebben.

Kracht is ook mensen helpen.

Gewoon eens even iemand helpen iets te dragen.

Een kleine moeite doen.

De brandweer helpt mensen in nood.

De verplegers helpen mensen die ziek zijn

En wij?

Wij kunnen opkomen voor mensen die de moed niet hebben om voor zichzelf op te komen.

Wij kunnen zeggen wat we zelf denken.

Wij kunnen gewoon onszelf zijn

Dat is onze kracht!

Afbeelding met persoon, donker
Automatisch gegenereerde beschrijving

Een Monster Onder Mijn Bed ~ Dries Caers (S4)

2 dagen eerder

Het was al middernacht toen Wolf wakker werd door een vreemd geluid. Hij keek angstig rond in zijn donkere kamer en zag tot zijn opluchting dat het gewoon het raam was dat opengewaaid was. Wolf stapte naar het raam en deed het dicht met een krakend geluid. Hij draaide zich om om terug in bed te gaan en kon nog net voorkomen dat hij het uitgilde van de schrik. Voor hem stond een groot, harig beest met vier armen en twee hoorns. Voor hem stond een monster.

Nu

Het was nu twee dagen later en Wolf had vriendschap gesloten met het Monster. Ze hadden samen een naam gezocht en uiteindelijk kozen ze Knoerl. Ze hadden wel nog wat probleempjes. Ze wisten nog niet hoe ze Knoerl mee naar buiten moesten nemen en als ze zo doorgingen met eten kopen voor Knoerl zouden Wolf zijn ouders het wel erg verdacht vinden. Wolf zat hele nachten erover te denken en toen, toen wist hij het opeens. “Knoerl, ik weet wat we moeten doen!” zei Wolf fluisterend tegen zijn monstervriend. “Ik ga jou om de twee dagen door het raam via de opening in de heg naar buiten smokkelen. We kunnen dan zonder dat mijn ouders erachter komen eten gaan kopen en een wandeling maken of spelen.” “Ik zie wel een klein probleempje,” zei Knoerl. “Iedereen zal mij dan zien en misschien gaan ze me dan opsluiten in een gevangenis.” Dat was inderdaad een groot probleem. Gelukkig hebben kleine jongens veel inspiratie en had Wolf dus binnen de minuut een antwoord. “Ik ga gewoon wat kleren voor je kopen, samen met een masker. Je kunt dan je twee onderste armen verstoppen door te laten denken dat het je buik is!”.

De volgende ochtend stond Wolf al vroeg op en ging naar de kledingwinkel. Omdat het zaterdag was kon hij bijna alles doen wat hij wou en dus zouden zijn ouders hem niet verdenken als hij kleren ging kopen. Na een uurtje was hij terug en paste Knoerl zijn nieuwe kleren. Gelukkig was de maat goed. In de namiddag gingen ze door het raam, via het gat in de heg naar buiten. Ze maakten met z’n tweetjes eerst een wandeling door het bos en gingen dan naar de markt om eten te kopen. Alles ging goed en ze hadden er allebei veel plezier in.

Nadat ze inkopen hadden gedaan, gingen ze naar een cafeetje om iets te drinken. In het cafeetje zag Wolf drie van zijn vrienden zitten en hij vroeg of ze erbij mochten komen. “Maar natuurlijk” zei James “Er is nog plaats genoeg”. Nadat ze drinken hadden besteld begonnen ze te praten over de eerste bokswedstrijd van hun dorpje. “Weet je wat jongens” zei James na een tijdje, “laten we een weddenschap houden, we doen allemaal mee in de competitie voor boksers zonder club en degene die van ons het verst raakt, die krijgt 2 euro aan snoep.” Natuurlijk moesten Wolf en Knoerl wel meedoen, want anders waren ze lafaards. “We doen mee” zei Wolf dan ook na een tijdje. Na nog een drankje gingen Wolf en Knoerl naar huis. ‘s Nachts bedacht Wolf dat ze niet eens de regels kenden en dat ze maar twee dagen hadden om die van buiten te leren. Maar ja, twee dagen zou genoeg moeten zijn.

De volgende ochtend ging Wolf een boek met de regels kopen en begonnen ze met hun tweetjes te leren. De twee dagen voor de bokswedstrijd vlogen voorbij en al snel was de dag van de wedstrijd aangebroken. Gelukkig mocht Knoerl een kap op hebben wan anders hadden ze misschien zijn horens gezien. De eerste wedstrijdjes begonnen.

Wolf moest tegen Romeo, een topsporter die eens wou proberen te boksen. En Knoerl moest tegen James. Het wedstrijdje tussen Wolf en Romeo was snel beslist. Wolf probeerde Romeo te slaan maar hij miste en viel. Romeo maakte gebruik van de situatie en sloeg Wolf op zijn kin. Wolf was direct knock-out. Het gevechtje van Knoerl tegen James was zo mogelijk nog sneller beslist. Knoerl sloeg keihard tegen de kaak van James waardoor James door de lucht vloog en daarna met een plof op de vloer viel.

Bij de volgende ronde vocht Knoerl tegen Leo, die hij op precies dezelfde manier versloeg als James. Knoerl bleef winnen en winnen tot hij uiteindelijk in de finale terechtkwam. Als hij dit gevecht won, zou hij niet alleen 2 euro aan snoep krijgen, maar ook 50 euro en een beker! Alleen zou dit gevecht niet beslist worden met een enkele klap wist Knoerl, Hij moest nu tegen Romeo vechten. Romeo deed veel sporten en hij wist alles van ontwijken af. Het fluitje klonk en de wedstrijd begon. Knoerl probeerde zelfs niet eens te slaan, hij wist dat Romeo daar gebruik van zou maken en dan zou hij verliezen. Plotseling schoot Romeo op hem af. Knoerl ontweek de slag en sloeg minder dan een seconde daarna terug, Romeo was echter al weggerold. Ze cirkelden weer om elkaar heen en dit keer was het Knoerl die aanviel. Hij schoot vooruit maar in de plaats van te slaan rolde hij verder en sloeg hij Romeo langs achteren. Romeo, die hier helemaal niet op voorbereid was schoot naar voren en Knoerl wist dat hij gewonnen had.

Iedereen applaudisseerde en Knoerl werd naar voren geroepen. Hij kreeg de beker toegereikt en hij hield hem hoog boven zich uit. Ineens werd iedereen stil. Knoerl snapte eerst niet wat er gebeurde. Waarom was iedereen gestopt met juichen? Maar toen snapte hij het, iedereen zag doordat hij de beker omhoog hield dat hij maar drie vingers had, hij had het verknald. Hij zette de beker neer en deed ook maar zijn kap af zodat iedereen zijn horens zou zien. Het werd zo mogelijk nog stiller. Plotseling begon er iemand te klappen en steeds meer mensen volgden hem daarin totdat iedereen terug aan het klappen was en Knoerl wist dat niemand het erg vond dat hij een monster was.

A tree with a sunset in the background
Description automatically generated with low confidence

De vreemdste kracht ~ Tijl Caers (S3)

De krachtigste kracht

Is de kracht van de macht

Maar even puur

Zijn die van water, gras en vuur

Alle krachten zijn even krachtig

Maar niet iedereen is even machtig

Krachten kunnen donker zijn maar ook heel licht

T’is daarom dat ik over krachten dicht

Dan zijn er ten slotte maar een paar krachten over

En van sommige daarvan val je achterover

Soms lijken dingen niet op elkaar

Zoals een drumstel en een gitaar

Toch hebben ze dezelfde kracht

En wie er op speelt, die krijgt zijn macht

Er is een vreemde kracht, die maakt je heel klein

Maar er zal nooit een vreemdere kracht dan liefde zijn

Afbeelding met zwemmen
Automatisch gegenereerde beschrijving

Welke superheld ben ik? ~ Amora Youth (S3)

Een superheld als Superman?

Nee, niet echt iets voor mij

ik hou niet van lazers

en ik ben zo dun als een prei.

Iron Man?

Ik hou van zijn technische pak,

maar de kleuren rood en geel?

Niet echt mijn stijl.

Misschien wel Spiderman

Zijn verhaal is heel interessant,

toch vind ik spinnen vies

en ze maken me ook bang.

En natuurlijk Black Panther,

hoe kan ik hem nu vergeten

hij zou perfect zijn

maar hij heeft wel een hele rijk

ik heb niks maar een klein gezinnetje,

dus hem kan het al niet zijn.

Hoe zit het met een burgermeester worden?

dan heb ik de macht over heel de stad

maar dan moet ik de hele tijd beslissingen maken

mensen doe dit, mensen doe dat.

Ik geef het op,

ze horen allemaal niet bij mij

misschien is het tijd om te kijken welke superheld er in mij zit

wat maakt mij speciaal voor mensen,

wat maakt mij blij?

A picture containing object, bird, rope, grey
Description automatically generated

Geen titel ~ Josephine Simons (S2)

Kracht is een macht

Heel sterk en tegelijk ook zacht

Kracht om ergens voor te gaan

Om je ergens doorheen te slaan

Ongeacht wat anderen denken, vinden of voelen

Gaan voor je eigen doelen

Kracht zit diep vanbinnen

En zorgt ervoor

Dat je alles kan overwinnen

A person standing next to a yak
Description automatically generated with low confidence

Er is kracht nodig om voor je zelf op te komen.

~ Louke Van Noord (S4)

Er was eens een meisje dat vrij klein en erg verlegen was. Ze moest elke dag met de bus naar school gaan. Ze had niet veel vrienden en sprak nooit met mensen. Dit maakte haar een doelwit om gepest te worden. De pesters probeerden altijd haar leven zo moeilijk mogelijk te maken. Maar zij was erg lief en slim.

Het begon allemaal in de eerste week van school. Ze zat zoals gewoonlijk alleen, en een groep jongens begon haar te plagen. Ze maakten grapjes over haar uiterlijk, de boeken die ze las en andere dingen waar ze aan dachten. Ze zei nooit iets tegen de groep en hield haar hoofd naar beneden.

Op een ochtend in plaats van in de bus te stappen, besloot het kleine meisje de 12 km naar school te lopen. Ze besloot te lopen, zodat ze de pestkoppen niet hoefde te zien. Op de eerste wandeldag was zij heel laat en haar leraren hadden zich zorgen gemaakt. Zij heeft terug naar huis gewandeld. De volgende dag werd ze eerder wakker om haar wandeling naar school te beginnen.

De komende maanden zag het kleine meisje de pestkoppen nooit. Ze liep elke dag naar school en terug. Ze genoot van de reis. Elke dag werd ze vroeg wakker om de wandeling te maken. Ze werd sterker en sterker elke dag. Ze was zo sterk dat ze naar school begon te rennen zonder tussendoor te stoppen.

Op een dag, op de weg naar school, kwam ze haar pestkoppen weer tegen. Het was raar om ze te zien omdat ze hen nooit heeft gezien op de weg naar school of op school. Het kleine meisje besloot door te lopen en ze probeerde niet naar hen te kijken.

Maar de pestkoppen stopten vlak voor haar. Ze probeert weg te lopen, maar de pestkoppen laten haar niet bewegen. Ze begonnen haar te pesten en ze herinnerde zich waarom ze de bus niet nam. Deze keer onderbrak ze de pestkoppen en kwam ze voor zichzelf op. En dat was het verhaal hoe een klein mesje krachtig werd.

Afbeelding met rook, fabriek, stoom, buiten
Automatisch gegenereerde beschrijving

De kracht van ruzie ~ Oscar Sterkens (S2)

Oorlog.

Is het nu echt nodig?

Al die vluchtelingen voor een beetje land.

Oorlog.

Al de dingen waar ze van houden kapotmaken omdat je ruzie hebt.

Is dat je bedoeling?

Oorlog.

De kogels die rond hun oren vliegen.

Is dat nu eens fijn?

Oorlog.

Het monster gas dat mensen gaat stikken.

Los het toch eens op met woorden.

Oorlog.

Zo kan je toch niet slapen?

Ga jij dan de dode lichamen oprapen?

Oorlog.

Het land helemaal plat.

Ligt daar misschien een schat?

Oorlog.

Bommen op je stad en de mensen trekken hun plan.

Wat als ik het bij jou deed, wat dan?

Oorlog.

Je maakt ze allemaal dood.

Ze zijn toch jood.

Oorlog.

Wat is het zielig.